Naakte ondergang van Unilever.

Een herfstlied van vergane glorie

De dood hangt tussen de zielloze kantoorgebouwen, even onvermijdelijk als de rottende bladeren die in november de grond bedekken. Hier stond eens Unilever, kolossaal en machtig, een toren van vlees en zeep, van margarineblokken en parfumflessen. In die dagen, toen mijn lijf nog jong was en mijn handen niet doorgroefd met de rivier van jaren, keek ik op naar dit betonnen gevaarte als een minnaar naar zijn ongrijpbare geliefde.

De lucht ruikt naar bederf. Niet het eerlijke bederf van een rottende appel in vruchtbare aarde, maar het stinkende verval van idealen, afgestorven als kadavers in de zomerhitte.

Die nostalgische zomer, lang vervlogen nu, waarin 1600 merken bronstig en sterk door de markt dansten. Het Nederlandse bloed vermengd met Britse statigheid. De weiden waren groen. De marketeers kusten elkaars lippen tot ze bloedden van verlangen naar meer.

Maar nu? Nu kruipt de schimmel over wat eens zo vol leven was.

KRUISIGING VAN WAARDE IN VIER GESLACHTSDADEN

EERSTE DAAD: POLMAN'S WELLUST (2009)

Paul Polman kwam met zijn naakte huid glanzend als een pasgepoetste appel. Zijn evangelie droop van zaligheid: duurzaamheid en winst, verenigd in een obscene verstrengeling. De werknemers spuwden hem na als duiven in een klapperend voorjaar, en onder zijn aanraking zwol de beurskoers op als gezwollen vlees - 125% in tien bitterzoete jaren.

De velden bloeiden. De marketeers likten aan hun vingers. De duurzaamheid was als een open wond die bloedde voor iedereen die ernaar dorstte. Maar achter de horizon stikte al de worm in het fruit.

TWEEDE DAAD: JOPE'S DROEVE PARING (2018)

Toen kwam Alan Jope, een man met het zachtaardige gezicht van een begrafenisondernemer. Hij paarde zich met dezelfde duurzame visioenen als Polman, maar zijn zaad was zwak. De aandeelhouders brulden als bronstige stieren in de slachthuizen van de winst. Hun neusgaten dampend in de koude ochtendlucht.

De tuin verwilderde. Theebladeren van Lipton en Kukka vielen als vergeelde herinneringen naar de grond. De prijzen stegen als bloemen die zich wanhopig naar een verduisterende zon rekken, hunkerend naar warmte die niet meer bestaat.

DERDE DAAD: HEIN’S IJZIGE PENETRATIE (2023)

Schumacher, met handen koud als graven in november, greep het bloedeloze lijf van wat eens een trotse onderneming was. Onder zijn bliksembezoek smolt de ijsdivisie weg als sneeuw in voorjaarsvuur. De duurzaamheid lag naakt en rillend in het voormalige hoerenhuis van de idealen. Hij bedreef de liefde als een roofdier, haastig en zonder omkijken. Na anderhalf jaar lag zijn ontzielde lijk naast dat van zoveel anderen.

Bederf overal. Rottende winsten. Verdelgende stilte in de kantoren.

VIERDE DAAD: HET ARGENTIJNSE DOODSLIED (2025)

Binnenkort likt Fernando Fernandez aan de open wond. Zijn Latijnse tong proeft naar meer geld, zijn lichaam kreunt om dividenden. Het is als de laatste stuiptrekking van een stervend dier. In Argentinië huilen de honden. Hier huilen de werknemers, zachtjes in hun kussens, terwijl de activisten van de beurs zich verheugen in de laatste stuiptrekkingen.

EEN KLEVERIGE DOODSSTRIJD

En zo sterft Unilever, niet abrupt als een duif die tegen een raam vliegt, maar langzaam en met raspende adem. Een kip zonder kop, dartelend over het natte erf, terwijl de activistische aandeelhouders met kromme vingers de laatste veren uit het bloedende lijf trekken.

Wat eens een marketingpaleis was, een kathedraal van creativiteit, is nu een mortuarium waar deodorant naast mascara ligt als opengesneden lijken op een snijtafel. De marge is het nieuwe vlees waaraan wordt geknabbeld door hongerige tanden.

En die werknemers? Die zitten gevangen in de kelder van angst. Maandag gemarteld door purpose, vrijdag door profit. Hun betraande ogen staren naar een horizon die nooit dichterbij komt. Hun handen beven als ze hun kinderen aanraken, beseffend dat hun wereld vergaat als een vrucht die van binnenuit verrot in de schoot van het kapitalisme.

DE LAATSTE ADEMTOCHT

De cijfers vertellen een verhaal van ontbinding. Onder Polman's warme deken van moederliefde bloeide het bedrijf als een in bloed gedrenkte roos. Nu verschrompelt het onder de koude vingers van het winstbejag, als een bloem die verwelkt na een laatste ademtocht in de schaduw.

Wie wil er nog leven in dit huis vol geesten? Jonge mensen ruiken de dood. Ze rennen vast weg, naar plekken waar het bloed nog stroomt, waar purpose geen dood woord is maar een levende hartslag.

Unilever was ooit de moeder wier gezwollen borsten melk gaven. Nu is het een uitgedroogde vrouw, paarlemoer glanzend als een lijk dat is opgebaard maar van binnen al lang verrot is. De wormen kruipen uit haar oren en de aandeelhouders greinzen in hun vuistje, tellend, altijd tellend, terwijl de herfst neerdaalt over wat eens een trots imperium was.

De bladeren vallen. Het leven valt. Unilever valt. En niemand die het nog hoort.

Alexander Koene

I am a creative entrepreneur dedicated to enhancing our experience on Earth. My mantra is simple yet powerful: "Being happy, while doing good!" I founded BR-ND People and invented the 23plusone method with my business partner Kim Cramer.

https://www.br-ndpeople.com
Volgende
Volgende

De stoïcijnse lach