De stoïcijnse lach

Waarom we een beetje van Marcus Aurelius nodig hebben als schaterende roerganger in deze donkere tijd van verwarde zielen.

De stoïcijnse filosofie is geen halfzachte kalmering, geen ‘komkommer op je ogen en vergeet de wereld maar.’ Nee, stoïcisme, dat is vechten zonder dat je je vuisten balt. Het is je vasthouden aan een kalme kern, een vaste grond in de kolkende drek van het leven. Zie het voor je: Marcus Aurelius, de keizer met zilveren haren, die staart naar het barbaarse slagveld, zijn blik op de horizon terwijl Rome in vlammen opgaat en hij nog rustig zijn sandalen vaststrikt. Zijn filosofie is als een roeispaan die je zelf moet vasthouden, midden op de woelige baren, niet omdat je niets voelt, maar juist omdat je alles voelt en tóch koers moet blijven houden.

Geen koud marmer – De stoïcijn zit vol passie, hij is een mens van vlees en bloed

Mensen denken dat een stoïcijn kil is, een ongevoelige klomp marmer, starend in het niets. Maar Marcus Aurelius was geen standbeeld, geen stenen bonk die zich door de regen liet beuken zonder er iets bij te voelen. Nee, hij was een man van vlees en bloed, met voeten die door het modderige Rome liepen, en oren die het geschreeuw hoorden van de menigte. Hij zat middenin een wereld die elke dag zijn loyaliteit, zijn geduld en zijn kalmte probeerde op te vreten. Maar hij stond daar, onverstoorbaar, niet omdat hij geen angst kende, maar omdat hij de wereld in de ogen durfde te kijken zonder zijn verstand te verliezen.

Stel je voor, Marcus Aurelius die anno nu door onze straten zou lopen, tussen oprukkend fascisme, islamofobie, jodenhaat, vreemdelingenangst, klimaatcrises, hebzucht-kapitalisme, het vastgelopen zorgsysteem en de groeiende leegte van eenzame zielen die naar hun scherm staren. Hij zou niet roepen, niet morren, hij zou gewoon kijken, diep ademhalen en rustig verder lopen. Want Marcus wist dat al die stormen geen permanente plek in je hoofd verdienen, dat je het kunt erkennen zonder je innerlijke rust op te offeren aan een wereld die je voortdurend probeert op te slokken.

Een oude keizer met een vermoeide glimlach

Stel je voor, Marcus, in een winderig, herfstig land waar iedereen zich vastklampt aan zijn eigen angsten, aan zijn eigen grootse gelijk. Hij ziet mensen die zich opwinden over grenzen en afkomst, die zich blindstaren op de ander, op het vreemde dat hen spiegelt en angst aanjaagt. En Marcus? Hij glimlacht misschien een beetje triest, knikt even, en houdt zijn handen rustig op zijn rug. Hij is geen wereldverbeteraar, hij zoekt geen podium voor zijn ego. Hij weet wat velen niet willen horen: het leven zal altijd woelen, de haat zal altijd sidderen, maar de echte kracht ligt binnenin, in die stille kalmte die je beschermt tegen al die stormen van buiten.

Stoïcisme in onze tijd: Lachen als het regent

De echte stoïcijn weet dat het leven ruig is, dat het schreeuwt, dat het onze harten kan verscheuren met crises en onrecht. Maar de stoïcijn leert ons dat er een betere weg is: we kunnen lachen om de absurditeit van het leven in plaats van erin te verdrinken. Marcus zou de klimaatramp zien, de opvlammende intolerantie, de hebzucht van het kapitalisme, en hij zou niet wegrennen of zijn vuisten ballen. Nee, hij zou glimlachen, een korte schaterlach misschien, want hij weet dat niets, zelfs de donkerste schaduw van ons mens-zijn, een permanente plek in je geest verdient.

De onverwoestbare humor – Marcus zou lachen om het geklaag, om het integratiedebat dat elke week weer oplaait als een smeulend vuurtje, om de mensen die zich vastklampen aan angst voor het vreemde, alsof het hen ooit zal beschermen. Een stoïcijn zoals hij zou glimlachend toekijken, denken “ach, wat een storm in een glas water,” en rustig verdergaan, wetende dat de wereld zich zal blijven herhalen, crisis na crisis.

Een lach die helend werkt – De stoïcijn lacht niet uit onverschilligheid, maar omdat hij weet dat niets zo absurd is als het menselijke gedoe. Marcus zou de klimaatconferenties zien, de grote woorden, de kleine daden, en zacht grinniken. Hij zou weten dat de wereld altijd zichzelf blijft, dat mensen verlangen naar de zon en verzuchten als het regent. Hij kijkt naar die regen en haalt zijn schouders op, denkend dat die natte druppels gewoon bij het leven horen.

Leven in het nu, voor wie het lef heeft – De stoïcijnse filosofie is niet het blind vergeten van alle ellende, maar de moed om de wereld recht in de ogen te kijken. Marcus zou zich niet verliezen in toekomstplannen of oude wonden; hij zou vreemdelingenhaat en angst omarmen zoals je een hond vasthoudt die niet van jou is. Hij blijft kalm, want hij weet dat niets blijvend is: geen oorlog, geen haat, geen angst – alleen jij, en je eigen rust.

Waarom we Marcus nodig hebben – En zijn rustige, droge glimlach

Onze tijd, vol meningen, kreten, haat en vrees. Mensen lopen krom van zorgen en hoe harder ze rennen, hoe dieper de kuilen waar ze in vallen. De stoïcijn ziet het, voelt het, maar verliest zijn rust niet. Hij weet dat de enige echte strijd in ons hoofd woedt, niet op straat of in al die angsten die ons worden aangepraat. Marcus Aurelius zou niet proberen de wereld te redden – hij zou ons leren hoe we onszelf kunnen redden. Hij zou ons leren te lachen, zelfs als de storm het hardst woedt, om niet alles serieus te nemen wat voorbijgaat. Want die lach, dat rustige, stille glimlachen, is misschien wel de enige zekerheid die we ooit kunnen bezitten.

Alexander Koene

I am a creative entrepreneur dedicated to enhancing our experience on Earth. My mantra is simple yet powerful: "Being happy, while doing good!" I founded BR-ND People and invented the 23plusone method with my business partner Kim Cramer.

https://www.br-ndpeople.com
Volgende
Volgende

Een wereld waar welvaart ons niet verslindt, maar ons bindt.